Deel deze spotlight

Aan het woord zijn...Thomas Rau en Pablo van den Bosch van Madaster

Tekst
BeeldSTABU

In deze editie van het ArchitectenPunt Magazine onderwerpen we vakmensen uit onze sector aan een aantal stellingen en vragen. Aan het woord zijn Thomas Rau & Pablo van den Bosch van Madaster.

STABU INSIDE IS EEN TEKEN VAN KWALITEIT

Thomas Rau: ‘Je kunt de grootste onzin standaardiseren. Het zegt niets over de relevantie van de inhoud. Wat wel kwaliteit heeft, is wensenlijsten zodanig te standaardiseren dat je tot een eenduidige communicatie in de markt komt. Die garantie krijg je met STABU. Maar informatie an sich is dus geen kwaliteitsoordeel.’

PRESTATIECONTRACTEN MAKEN STABU-SYSTEMATIEK OVERBODIG

Thomas Rau: ‘Nee zeker niet. Sterker nog, STABU kan prestatiecontracten beter faciliteren omdat ze kwaliteitseisen standaardiseert. Het is een controleorgaan om op een objectieve manier te beoordelen of prestatie-eisen zijn behaald. STABU is het spoorboekje voor prestatiecontracten. Dat wat je van tevoren afspreekt, daarover bestaat bij gebruik van STABU geen enkel misverstand.’

TRADITIONELE AANNEMERS ZIJN IN STAAT MET PRESTATIEVRAGEN OM TE GAAN

Thomas Rau: ‘Dat zeggen ze, maar dat zijn ze niet. Een aannemer is altijd gebaat bij de opdracht, daarna ziet hij wel hoe hij het gaat fi xen. Een piloot stijgt pas op wanneer hij landingsrechten heeft, de aannemer gaat er direct vol in.’

Pablo van den Bosch: ‘Je kunt het ook omdraaien. Is de traditionele opdrachtgever in staat om met prestatievragen om te gaan? We moeten voorkomen dat de pot de ketel gaat verwijten.’

Thomas Rau: ‘Faalkosten zeggen iets over hoe traditioneel een aannemer is. Ik zou een aannemer met meer dan 5% faalkosten nooit een prestatiecontract aanbieden. Waar het op neerkomt is dat we moeten stoppen met bouwen. We moeten een logistiek proces organiseren en de aannemer moet dit proces faciliteren. Dan komen faalkosten onder de 3% en winstmarges boven de 15%.’

Pablo van den Bosch: ‘Opvallend aan deze stelling is dat er aannames in zitten. Een prestatiecontract is geen doel op zich, maar een middel. En de keuze voor een traditionele aannemer is niet per definitie slecht.’

WAT HEBBEN BOUWERS NODIG OM BETER WERK TE KUNNEN LEVEREN?

Pablo van den Bosch: ‘Ik sluit me aan bij Thomas. Bouwen is niet een bouwwerk neerzetten, maar een logistiek proces faciliteren. En dan heb je kennis nodig over de materialen die je toepast. Data over de materialen, over de tijdstippen wanneer je ze toepast, over waar ze vandaan komen, over de betrokken partijen enzovoort. Dat is de toekomst van het bouwen. Een logistiek proces tussen alle belanghebbenden rondom de gebouwde omgeving.’

Thomas Rau: ‘We moeten eigenlijk bouwen zoals ze dat in de auto-industrie doen. Er zit in een auto geen schroefje waarvan niet minimaal tien mensen vinden dat deze er hoort te zitten. Een bouwwerk is een vehikel om geld te verdienen en STABU is het instrument om van die verwarring af te komen. Met STABU kun je op een eenvoudige manier een bestek samenstellen, het is een controleorgaan. Ik ken geen andere partij die hetzelfde kan als STABU. Ze hebben al zoveel gestandaardiseerd en iedereen is daar in principe content mee. Ik denk wel dat STABU een nieuw speelveld vindt in het documenteren van data.’

Pablo van den Bosch: ‘In onze huidige economie wordt data steeds belangrijker. Net als transparantie. Zeker in een logistiek proces. Voor organisaties die baat hebben bij weinig transparantie is dat geen prettige verandering. Maar de bouwer van de toekomst maakt gebruik van inzichtelijkheid.’

Thomas Rau: ‘Wanneer een boekhouder intelligent wordt, krijgt hij een intelligent product. Nu staat er in een STABU-bestek bijvoorbeeld dat er tien kozijnen in een object komen, maar er staat niets over de hoeveelheid benodigde uurlonen om het plaatsen te realiseren. Of hoeveel uurlonen er nodig zijn voor het plaatsen van de helft van het aantal. Wanneer STABU transformeert van boekenkast naar database komt er meer toegevoegde waarde.’

HOE ZORGEN WE ERVOOR DAT WE BIJ OPLEVERING MEER KRIJGEN DAN ALLEEN EEN SLEUTEL?

Pablo van den Bosch: ‘Het Madaster platform registreert, ordent en ontsluit data. Met een Madaster-account weet je precies welke materialen zijn toegepast, waar ze zich in het gebouw bevinden en waar ze vandaan komen.’

Thomas Rau: ‘De huidige opleveringsmethodiek luidt: ik flikker het over het hek en ik wil er nooit meer iets mee te maken hebben. De opdrachtgever heeft geen idee en is dus altijd de pineut. De bouw heeft geen belang bij het informeren van de opdrachtgever. Mijn advies? Vraag altijd om een As-Built BIM-model.’

Pablo van den Bosch: ‘Zelfs op artikelen in de supermarkt staat aangegeven wat voor ingrediënten erin zitten. Dat minimale niveau mag je ook in de bouw verwachten. De proactieve aannemer moet inzien dat alle partijen belang hebben bij transparantie.’

Thomas Rau: ‘Het is schandalig dat een opdrachtgever meer moet betalen voor een As-Built model. Een autofabrikant verstrekt de gebruiksaanwijzing toch ook kosteloos! Daar zit dus een andere agenda achter. De meeste dingen in een bouwwerk zie je natuurlijk niet. In een BIM-model wordt het onzichtbare zichtbaar.’

Pablo van den Bosch: ‘Madaster is een bibliotheek. Wanneer je een BIM-model in deze bibliotheek zet kun je ermee lezen en schrijven.’

Thomas Rau: ‘Madaster faciliteert de kwantitatieve gegevens van een gebouw, het geeft geen waardeoordeel. STABU kan de kwalitatieve gegevens faciliteren en hiermee wel een oordeel vellen. Zo ver is STABU echter nu nog niet. Wanneer ze dit realiseren wordt het antwoord op de eerste stelling volmondig ja!’

OVER MADASTER

Madaster is het kadaster voor materialen. Vanuit deze online bibliotheek kan van elk vastgoedobject een digitaal materialenpaspoort gegenereerd worden. Het documenteren, registreren en archiveren van materialen in gebouwen maakt hergebruik van materialen eenvoudiger en stimuleert slim ontwerpen. Het doel van Madaster is om afval te elimineren door materialen een identiteit te geven. Het Madaster platform fungeert als een publieke, online bibliotheek van materialen in de gebouwde omgeving. Het koppelt materiaalidentiteit aan locatie en legt dit vast in een materialenpaspoort.

HET MATERIALENPASPOORT

Een materialenpaspoort maakt inzichtelijk welke materialen in een gebouw zijn gebruikt en in welke hoeveelheden. Daarnaast bevat het informatie over de kwaliteit van de materialen, de locatie en de financiële en circulaire waarde. Hergebruik van materialen, het minimaliseren van afval en daarmee het besparen van kosten wordt eenvoudiger.

Pablo van den Bosch: ‘Madaster is een publiek platform. We verzamelen in het publieke domein data over alles wat eindig is in het systeem. Het maakt objectief kwantificeren mogelijk. Op een openbare manier zodat het controleerbaar is.’

Thomas Rau: ‘Met de Madaster Foundation zamelen we geld in om de ontwikkeling van Madaster te financieren. Onze planeet is een gesloten systeem en daarom mogen de hulpbronnen van de aarde niet worden verspild. In de huidige situatie verliezen grondstoffen hun identiteit en eindigen ze als afval. In onze visie kan afval in de vastgoedsector worden geelimineerd door materialen een identiteit te geven via een materialenpaspoort.’

Pablo van den Bosch: ‘Registratie van materialen is hierin ongelooflijk belangrijk. En daarbij kijken we ook over de grenzen. Of dat economisch renderend is? Nee, niet altijd. Maar ook vastgoed in Tanzania moet worden geregistreerd. Commercieel belang is hierin ondergeschikt.’

Tekst: Marieke Pool | Fotografie: Mirjam Verschoor

Gepubliceerd op27 maart 2018 om 11:57