Lifeline-systemen voor valbescherming aan gevels
Er moet veel vaker aan de buitenkant van het gebouw worden gewerkt dan u denkt. Vooral het reinigen van ramen wordt op veel locaties regelmatig uitgevoerd. De locaties zijn echter niet altijd veilig te bereiken - hier wordt vaak persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen (PBM’s) gebruikt, d.w.z. veiligheidsharnassen en werklijnen waarmee werknemers veilig kunnen worden aangelijnd. Voor deze zogenaamde touwbescherming is meestal een ter plaatse geïnstalleerde veiligheidsvoorziening vereist, waaraan de PBM’s betrouwbaar kunnen worden bevestigd. De eigenaar van het gebouw is in het algemeen verantwoordelijk voor de aanwezigheid en correct functioneren van de permanent geïnstalleerde veiligheidsmaatregelen
Veilig aangelijnd op moeilijk bereikbare plaatsen
Als er over langere afstanden personen tegen valgevaar moeten worden beveiligd zijn roestvaste kabelsystemen als valbeveiliging vaak de beste keuze. Zeker wanneer leuningen niet kunnen worden gerealiseerd of onvoldoende bescherming bieden. Een van de belangrijkste redenen om voor een dergelijk systeem te kiezen is dat de glazenwassers of onderhoudstechnici langs de gehele gevel kunnen lopen zonder zich los te haken van de kabel. Dit wordt mogelijk gemaakt door een meeloper met wieltjes die soepel over de tussenbeugels en hoeken kan rijden.
Daarnaast zijn kabelsystemen geliefd daar ze vanaf de grond nagenoeg onzichtbaar zijn. Daardoor blijft de architektonische uitstraling van het gebouw behouden. De montage van dergelijke systemen is vaak ook probleemloos mogelijk waar hekwerken niet toegepast kunnen worden.
Boven het hoofd aangelijnd voor meer veiligheid
Aanlijnen aan een kabelsysteem werkt het meest efficiënt als de meeloper boven het hoofd kan worden gemonteerd. Dit vermindert de valhoogte van een val en dus ook het risico op ernstige stootletsels tijdens het vallen. De ideale oplossing is beveiliging in combinatie met een valblok welke is bevestigd aan het kabelsysteem. Een verbindingsmiddel zoals een lanyard is dan overbodig, omdat het valblok een uittrekbare band of een stalen kabel heeft, waarvan de lengte altijd optimaal wordt aangepast door een veertrommel - net als de veiligheidsgordel in een auto. Als er een val is, vergrendelt het valblok in een fractie van een seconde en is de valhoogte beperkt tot enkele centimeters.
Installatie op vrijwel elk oppervlak
De verankeringen en eindbeugels van lifeline-systemen kunnen op vrijwel elke ondergrond worden bevestigd. Afhankelijk van het bouwmateriaal variëren de verankeringsopties van inslagpluggen voor beton, klapankers voor plaatstaal en bevestigingen met contramontage, waarvoor geen gaten in de onderconstructie nodig zijn. De laatste variant wordt bijvoorbeeld op gevels gebruikt wanneer een onderhoudspad van roosters om het gebouw loopt. Met hoekbeugels, welke met de hand traploos kunnen worden aangepast aan individuele hoeken, wordt het kabelsysteem rond palen of hoeken geleid en worden ook hoogteverschillen
Alles hangt af van het ontwerp
Om valbeveiliging in de praktijk goed te laten werken, is zorgvuldig ontwerpen de basis. Het garandeert niet alleen de efficiëntie en veiligheid van het systeem, maar kan ook onnodige kosten besparen. Dit omdat professionele ontwerpers en monteurs weten hoe ver de afstanden tussen de afzonderlijke steunen mogen zijn, waar een valbeveiligingssysteem moet beginnen en eindigen en welke componenten überhaupt nodig zijn. Valbeveiligingsoplossingen zijn echter net zo gevarieerd als de gebouwen - er is hier geen “one-size-fits-all” oplossing. Een vrijblijvend telefoontje naar ABS of een ABS-installateur is in elk geval de moeite waard, niet alleen om een offerte te krijgen, maar ook om professionele ondersteuning bij het ontwerp en de implementatie op locatie te garanderen.
Tekst/ Fot: ABS